Herkent u bij uw patiënt/cliënt één of meer van onderstaande omstandigheden? Dan is de kans groot dat een geestelijk verzorger iets kan betekenen.

Er is sprake van..

  • een ingrijpende levensgebeurtenis: verlies, trauma, conflict, (bijna) overlijden;
  • heftige emoties of het uitblijven ervan: verdriet, angst, paniek, woede, machteloosheid, wanhoop, somberheid, frustratie;
  • een ernstig ziekteproces met onmacht en ingrijpende gebeurtenissen: denk aan aangeboren hersenletsel en/of een verstandelijke beperking;
  • een ziekenhuisopname van langdurige aard of bij een crisis;
  • ‘waarom’ vragen, onbegrip, verwarring: ‘Waarom overkomt mij dit?’ of ‘Waarom zou ik nog doorgaan?’ of ‘Ik kan en wil niet meer’;
  • eenzaamheid: (het gevoel) er alleen voor te staan;
  • somatisch onverklaarde klachten: uitingen van (niet) geloven, zoeken naar verklaringen; ’levensles’, ‘betekenis van wat hem of haar overkomt’, ‘ik-overstijgende vragen naar verbondenheid met een groter geheel’.

Uw patiënt/cliënt heeft behoefte aan

  • het markeren van een bepalende levensgebeurtenis met een bestaand of persoonlijk op maat gemaakt ritueel;
  • het overzien van een moeilijke (morele) beslissing (bijvoorbeeld wel of niet behandelen, kiezen tussen twee belangrijke maar elkaar uitsluitende opties);
  • het vertellen van verhalen over ingrijpende gebeurtenissen;
  • het vinden of versterken van inspiratie, kracht en hoop;
  • het vrijuit spreken over een moeilijk thema: schuld, levenseinde(wens), seksueel geweld, ongewenst kinderloos, schaamte, ...

 Het niet minder worden van klachten als

  • angst-, wanhoop-, en/of somberheidsgevoelens;
  • slaapproblemen of nachtmerries;
  • onrust of gespannenheid;
  • intense vermoeidheid;
  • boosheid, woede, frustratie.